Uit cijfers van het CBS blijkt dat ruim 650.000 mensen voor een andere baan kozen in 2017, bijna een kwart meer dan in 2014. In deze tijd durven mensen sneller stappen te zetten. Het gaat hierbij om wisselingen van beroep binnen een bepaalde sector maar er wordt ook de overstap gemaakt naar een andere sector.
Deze groep is op te delen in verschillende leeftijdscategorieën. De jongeren tot 25 jaar (203.000) bevinden zich aan het begin van hun carrière. Ze hebben vaak bijbanen en zijn zoekende in de aansluiting tussen studie en loopbaan. Het wisselen hierin van baan is vaak een logisch gevolg.
Nieuwe baan
Binnen de leeftijden tussen 25 en 45 jaar en 45+ is ook een stijging zichtbaar van werknemers die kozen voor een nieuwe baan. Enerzijds kozen zij voor een baan die samenhang heeft met het beroep wat zij hadden maar anderzijds kozen zij er ook voor om structureel iets anders te gaan doen. Of deze keuze vrijwillig of gedwongen is hangt niet alleen af van de werknemer, maar ook van de werkgever. Vanuit een reorganisatie heeft de werknemer niet altijd de mogelijkheid om een soortgelijke functie in te vullen. Vanuit de werkgever is er vaak budget beschikbaar om te onderzoeken wat de vaardigheden van de werknemer zijn en waar de belangstelling ligt.
De leden van OVAL begeleiden onder andere bij omscholing of bijscholing van deze werknemers aan de hand van loopbaan-apk, het voeren van ontwikkelgesprekken en assessments. Daarnaast bestaat er ook een categorie werknemers die het werk bijvoorbeeld fysiek of mentaal niet meer aan kunnen. Deze werknemers worden soms vanuit verzuimbegeleiding, gefinancierd door de werkgever, geholpen met een nieuwe invulling van de functie.